Please select your country

STULZ worldwide

Kleinere digitale installaties vragen om andere manier van koelen

Vrije Koeling voor kleinere telecom installaties

Veel aandacht gaat uit naar grote datacenters. Maar er komt daarnaast steeds meer behoefte aan kleinere installaties, die dichter op de lokale infrastructuur zitten. STULZ ontwikkelt speciale koelmachines die daarin kunnen worden ingezet.

Tekst: Marcel Debets

Bron

Nadat we de afgelopen jaren een trend hebben gezien die dataverzameling en -verwerking steeds meer consolideert in grote datacenters, is er inmiddels een tegengestelde beweging ontstaan. Omdat edge-computing en 5G vereisen dat verwerking veel dichter bij de endpoints plaatsvindt, worden er steeds meer compacte installatie gebouwd die het dataverkeer lokaal moeten kunnen verwerken. “Deze nieuwe situaties vragen om heel andere oplossingen dan we tot nu toe gewend zijn in de grote datacenters”, zegt Richard Esendam, Business Development Manager Telecom & Infrastructure van STULZ. “We praten over installaties van maximaal 30kW. Maar hoewel ze misschien kleiner zijn, vragen deze installaties even goed koeling.” Tegelijkertijd zijn er nieuwe richtlijnen en normeringen, die weer extra eisen stellen aan de specificaties van zulke koelinstallaties. “Steeds vaker zie je in de aanbesteding van telecomprojecten dat er voor koeling verwezen wordt naar ETSI EN 300 019”, legt Esendam uit. “En vorig jaar is er een aanvulling gekomen op het bouwbesluit van 2012, waarin nieuwe normen zijn vastgesteld voor het geluidsniveau van installaties.” Er zijn aardig wat toepassingen die onder deze twee richtlijnen vallen, denk aan hoogspanningsstations, verkeerssystemen, spoorweginstallaties, maar ook telecom POP-stations, -straatkasten en 5G-opstellingen.

Vrije Koeling

Om redenen van energiezuinigheid, geluidsniveaus en overlast van eventuele trillingen, zoekt STULZ naar nieuwe oplossingen. “Die kunnen we vinden in het gebruik van zogeheten Vrije Koeling”, vertelt Esendam. “Daarbij zetten we nieuw ontworpen koelingsunits in die gezuiverde lucht van buiten de installatie aanzuigen om daarmee de temperatuur binnen de norm te houden.” Deze norm (van ETSI EN 300 019) vereist dat het grootste deel van het jaar de temperatuur tussen 10 en 35 graden Celsius ligt. Niet meer dan 10 procent van het jaar – ongeveer 876 uren – mag de temperatuur tussen 35 en 40 graden zijn, en 1 procent tussen 40 en 45 graden. Lukt het niet om de temperatuur tussen deze waarden te houden, dan kan indien nodig een extra koeling worden bijgeschakeld op basis van een compressor, zogeheten ‘geforceerde koeling’.

Scherpe geluidseisen

Voor wat betreft de geluidsnormen is STULZ gebonden aan de wetgeving omtrent buiten opgestelde koelunits/warmtepompen. Omdat de telecominstallaties vaak dicht bij woonomgevingen worden ingezet, is de maximale geluidsbelasting 40 dB op de erfgrens. “En eigenlijk moet dit nog met 5 dB verscherpt worden, vanwege de frequentie van het geluid, om geen overlast te veroorzaken”, zegt Esendam. “Dat betekent dat je de inzet van standaard buitenunits kunt vergeten.” STULZ werkt momenteel aan nieuwe koelunits die werken met honderd procent vrije lucht. Deze kunnen voldoen aan de geluids- en temperatuureisen, maar zijn ook veel energiezuiniger. Esendam wil nog wel benadrukken dat je naar meer moet kijken dan alleen de koeling. “Vrije Koeling stelt ook eisen aan de inrichting van een installatie. Hoe richt je de luchtstromen in, welke volumes zijn er nodig, in de ruimte, en voor inlaat en uitlaat. Dat zijn zaken waar de aannemer meestal niet in thuis is. Daarvoor kunnen wij als kennispartner aanschuiven bij het ontwerp.”